Spanje – Galicië

  • spanjemijnland | Porto de Barqueiro
    Porto de Barqueiro
GaliciaDe Galiciërs zien er niet uit als Spanjaarden, drinken andere drankjes en eten andere gerechten, spreken hun eigen taal, maken andere muziek, hebben hun eigen feesten en hebben nog veel Keltische invloeden in hun cultuur. De Kelten stichtten hier hun castros, nederzettingen, en nergens in Spanje zijn ze beter bewaard gebleven dan hier. Muziekverenigingen bestaan vaak uit trommelslagers en doedelzakken, de muzikanten niet in een uniform, maar gehuld in traditionele kleding uit hun streek. De Galiciërs hebben nog veel met mythologie en folklore, zo hebben rotsen en stenen, maar ook de zee, bovennatuurlijke krachten. Die stenen liggen in de vorm van dolmen over de hele regio verspreid, waar in het verleden vereringen van de voorvaderen plaatsvond. Ze geloven hier in reïncarnatie, wonderbaarlijke genezingen en meiga’s, heksen met een goed karakter. Geen enkel stuk van Spanje is groener, maar er is ook geen plek waar het meer regent. De vaak aanwezige mist maakt het landschap mysterieus, maar niet minder mooi. Galicië, een land in een land. →  A Coruña
→  Baiona
→  Betanzos
→  Bóveda
→  Cambados
→  Combarro
→  Fisterra (Finisterra)
→  Mondoñedo
→  Monforte de Lemos
→  O Cebreiro
→  Ourense
→  Pontevedra
→  Santiago de Compostela
→  Tui
→  Vivero

 

Santiago de Compostela, Spain

 

streep_verloop

A CoruñaA_Coruna

inwoners: 396.015
qoute-brownHoe vaak kun je een naam veranderen van een stad? De Romeinen noemden de nederzetting eerst Brigantium, en later Caronium en een paar eeuwen later werd de naam Crunia genoemd. In 1262 wordt de naam La Crunia genoemd en de huidige officiële naam (pas sinds 1983) is A Coruña. In de volksmond wordt de naam La Coruña gebruikt en de inwoners van Galicië zeggen gewoon Coruña….bent u er nog?
spanjemijnland | Coruña Plaza Maria Pita
Dat zo’n naam veel verandert heeft natuurlijk ook met de lange geschiedenis te maken. Ongeveer 400 voor Christus wonden hier de Kelten, nog steeds is die invloed hier te merken. 200 voor Christus waren het de Romeinen die het hier voor het zeggen hadden. Het was toen al een belangrijke havenplaats waar handel werd gedreven met Engeland, Frankrijk en de Nederlanden. Een mooi overblijfsel uit die periode is de Romeinse Herculestoren, de oudste nog steeds functionerende vuurtoren ter wereld.
De Moren waren minder gelukkig en kregen de bevolking van Galicië niet onder de knie en gaven na een paar maanden de moed op. Na het vertrek van de Moren viel A Coruña onder het koninkrijk León en vanaf de 11e eeuw onder het koninkrijk Castilië. Uiteindelijk kreeg de stad in 1446 zijn stadsrechten van koning Johan II van Castilië. De handel groeide weer en bereikte een hoogtepunt in de 16e eeuw toen de stad het Casa de Contratación liet bouwen, het hoofdkantoor van kruiden en specerijen uit Amerika. In de roerige periode van de 16e en 17e eeuw kreeg de stad te maken met een behoorlijk terugval, vooral de oorlogen tussen Spanje en Engeland hadden hier mee te maken. In 1589 viel de Engelse admiraal Francis Drake met een vloot en 20.000 man de stad A Coruña aan. De inwoners verdedigden de stad echter met succes, onder aanvoering van de legendarische slagersvrouw María Pita. Toen de Engelsen vertrokken waren de vissershaven, de hele wijk Santo Tomás en het klooster Santo Domingo met de grond gelijk gemaakt. Ruim 200 jaar later was het Napoleon die in Galicië vernederend werd verslagen bij de Slag van Elviña. Na het vertrek van de Fransen groeide A Coruña uit tot de belangrijkste industriestad van Galicië, een status tot op de dag van vandaag.
spanjemijnland | Coruña Stadhuis
A Coruña heeft een groot aanbod van historische monumenten en is een gezellige levendige stad, daarnaast zijn er veel culturele voorzieningen, zoals het Palacio de la Ópera, het Teatro Rosalía de Castro en de evenementenhal Coliseum. Heel kenmerkend voor de stad zijn de galzen balkons met de kleine ruitjes. Er zijn de prachtige tuinen bij Avenida de la Marina en wil je winkelen moet je naar de Rua Real. Het Plaza de María Pita (ja, die slagersvrouw) is het hart van de stad met terrasjes, arcades en het prachtige stadhuis.

  • Castillo de San Antón, oud verdedigingsfort uit de 16e eeuw, tegenwoordig een archeologisch museum
  • Castro de Elviña, de ruines van een dorp uit de 3e eeuw voor Christus
  • Convento de Santo Domingo, klooster uit de 13 eeuw, weer helemaal opgebouwd na dat het vernietigd was door de Engelsen in 1589
  • Iglesia Santa María del Campo, romaanse baseliek uit de 12e eeuw
  • Iglesia de Santiago, romaanse kerk uit de 12e eeuw
  • Jardín de San Carlos, tuin aangelegd in 1834, buiten de 14e eeuwse muren met het graf van John Moore
  • Palacio Municipal, het prachtige stadhuis uit het begin van de 20e eeuw
  • Plaza de María Pita, hét plein en centrum van de stad
  • Plaza de las Bárbaras, een sfeervol stil pleintje in de oude binnenstad
  • Torre de Hercules, Romeinse vuurtoren uit de 2e eeuw, het symbool van de stad

streep_verloop

BaionaBaiona

inwoners: 12.035
qoute-brownDe stad Baiona (spaans Bayona) ligt in het noorden van Spanje aan de Atlantische Oceaan net boven Portugal en werd in het jaar 140 voor Christus gesticht ten tijde van de Romeinen. Het kreeg de naam Abobriga. In 60 voor Christus was het Julius Ceasar zelf die hier, het toenmalige einde van de wereld, een kijkje kwam nemen bij zijn troepen. Eind 6e eeuw werd het gebied veroverd door de Visigoten. Tussen 730 en 750 werd de stad gedomineerd door de Moren. Pas 250 jaar later zou er pas weer een Moorse vorst, Almonzor, in de stad geinteresseerd zijn en dan speciaal in de strategische ligging. In 1201 kreeg het een soort stadsrechten van koning Alfonso IX en vanaf dat moment krijgt de stad zijn huidige naam Bayone. De stad heeft veel oorlogen meegemaakt. Vooral in de 17e en 18e eeuw, toen Baiona één van de belangrijkste én strategische havens van Galicië had. Sinds 1993 is de oude stad een beschermd Historisch en Artistiek monument.

Baiona heeft een mooi oud centrum met veel adelijke huizen, veelal versierd met wapenschilden. In het centrum staat de Santa Maria, een romaans-gotische kerk uit de 13e eeuw, en de wandelaars kunnen zich uitleven op de 5 kilometer lange promenade.
spanjemijnland | Baiona
Op de achtergrond het imposante en met kantelen ommuurde Castillo de Monterreal, dat in 1966 is omgebouwd tot luxe Parador Nacional. Vanaf je kamer in de Parador heb je een prachtig uitzicht over de baai of over zee. Rechts op de foto zie je een replica van de Pinta, het schip dat als eerste op 1 maart 1493 terug kwam om te vertellen dat Columbus (een jaar eerder) Amerika had ontdekt. 1 Maart is nog steeds een feestdag in Baiona.

hotel_button2002 : Parador Baiona

streep_verloop

BetanzosBetanzos

inwoners: 13.455
qoute-brownBetanzos is één van de oude hoofsteden van het Koninkrijk van Galicië en wordt omarmt door de rio Mendo en de rio Mandeo. Interessant om te bekijken zijn het stadhuis, de haven, het klooster van Santo Domingo, maar drie mooie en interessante kerken trekken toch wel de meeste bezoekers.
spanjemijnland |Betanzos
Iglesia de Santiago is een kerk die ligt op een knus pleintje, Plaza de la Constitucion. De kerk is gebouwd in de 14e eeuw, door Fernán Pérez de Andrade, maar de klokketoren is er later in de 16e eeuw bij aangebouwd. In het portaal van de kerk kun je een potret ziet van Jacobus de Meerdere.
De Iglesia de Santa Maria do Azogue ligt op een ander pleintje en genoemd naar de bouwer van de vorig beschreven kerk, het Plaza Fernan Perez de Andrade. Het is een zeer interessant kerkje uit de 14e eeuw en sinds 1944 een National Monument.
spanjemijnland | Betanzos
In de Iglesia San Francisco, ook uit de 14e eeuw, ligt het grafmonument van Pérez de Andrade, één van de beroemdste inwoners uit de middeleeuwen en stichter van het klooster wat bij de kerk ligt. Deze kerk is sind 1919 een Nationaal Monument én een druk bezocht monument.

streep_verloop

BóvedaBoveda

SANTA EULALIA DE BÓVEDA
Bóveda, een klein dorpje met een paar boerderijen en huisjes, zo nu en dan wat pelgrims op weg naar Santiago de Compostela, een romaans kerkje en dan heb je het hele dorp wel omschreven. Je zou het maar zo voorbij rijden als er niet één van de oudste kerkjes van Spanje zou staan. De Santa Eulalia de Bóveda is een Romeins heiligdom uit de 3e eeuw en heeft de tand des tijds maar net doorstaan. Een bewoner uit het dorp haastte zich naar huis om de sleutel op te halen en om ons vol trots het unieke bouwwerkje te laten zien. Naar alle waarschijnlijkheid is het gebouwd ter ere voor Cybele, de godin van de aarde, en later omgezet naar Santa Eulalia. De hoefijzerboog, waardoor je naar binnen loopt, is uit de Visigotische periode (7e eeuw) en daarmee de oudst nog bestaande van geheel Spanje. Van oorsprong had het kerkje twee verdiepingen, maar er is er maar één overgebleven. Vroeger werden als offer op de bovenverdieping stieren geslacht, het bloed werd beneden in het bassin opgevangen en werden vervolgens de mensen gedoopt. De muren zijn prachtig beschilderd geweest met veel dierlijke tafarelen en de pilaren zijn behoorlijk aangetast.
Boveda
Het doet je toch iets, meer dan 1700 jaar heeft dit heiligdom alles overleeft.

streep_verloop

Cabo de Morte

qoute-brownDe kust tussen Malpica en Fisterra is eenzaam en ongerept, de landtongen zijn groots en de zondsondergangen prachtig. In het binnenland is het landschap leeg en winderig. Er liggen geen kuststeden, alleen kleine dorpen, waar gevist wordt op mosselen voor de plaatselijke restaurants. Galicia werd nooit door de Moren veroverd omdat die geen pulpo zouden lustten,  een grapje waarmee de Galegos graag uitpakken. Het nationale gerecht is gekookte inktvis, op smaak gebracht met olie, paprika en look.
prestige

Cabo Fisterra was, tot Columbus de overtocht maakte naar wat wij nu Amerika noemen, het einde van de wereld. De naam is afgeleid van het Latijnse Finis Terrea, einde van de wereld, wat het van de Romeinen kreeg. De Cabo (kaap) maakt onderdeel uit van de Costa de la Muerta, in het Nederlands Kaap des Doods. Deze naam is luguber, maar wel terecht. Het is één van de gevaarlijkste en verradelijkste kusten ter wereld tot op de dag van vandaag.
Zo kwamen er in 1987 nog 24 van 31 opvarenden om het leven van Casón, een schip dat voer onder Panamese vlag. Meer recenter is de scheepsramp van de olietanker Prestige in november 2002.

 

Dossier Scheepsramp Prestige

Wat is er gebeurd?

  • 5 november: Olietanker de Prestige verlaat de haven van Riga, de hoofdstad van Letland.
  • 13 november: Motoren vallen uit; de tanker maakt water en drijft richting de Spaanse kust. Een gedeelte van de bemanning wordt geëvacueerd.
  • 14 november: Laat in de middag wordt de Prestige door 4 sleepboten teruggetrokken naar open zee.
  • 15 november: Op 65 mijl uit de kust ontstaat er een breuk van minstens 35 meter. De kapitein en de rest van de bemanning worden geëvacueerd, waarop de kapitein gearresteerd wordt vanwege het weigeren van hulp.
  • 16 november: De tanker drijft in zuidelijke richting, verliest zo’n 4000 ton olie en dreigt in tweeën te breken.
  • 17 november: De tanker wordt door sleepboten verder zuidelijk getrokken.
  • 18 november: Portugal weigert de tanker in een haven toe te laten, volgens Smit Tak werd hierbij zelfs een marieneschip ingezet. Het schip bevindt zich nu op 100 mijl van de kust. Het zware weer en golfhoogten tot 8 meter maken het leegpompen onmogelijk.
  • 19 november: De Prestige breekt in tweeën en het achterschip zinkt om 12.00, gevolgd door het voorschip om 15.30. Bij het breken zijn 3 tanks beschadigd. Totaal is er ruim 10.000 ton olie in zee terechtgekomen. De tanker is gezonken op 130 mijl van de kust van Spanje/ Portugal en ligt op een diepte van ongeveer 3500 meter. Wat er met de in het wrak aanwezige olie gebeurd is niet duidelijk. Mogelijk klontert deze samen door de hoge druk en de lage temperatuur, maar verschillende milieuorganisatie vrezen dat de olie alsnog vrijkomt.
  • 21 november: 300 km van de kust van Galicië is getroffen door aangespoelde olie. De gigantische olievlek van 278 bij 28 kilometer die ontstond bij het zinken van de tanker wordt door de harde zuidwestenwind langzaam naar de kust gedreven

Gevolgen:

  • Natuur: De besmeurde vogels springen natuurlijk direct in het oog en er zijn meldingen van aangespoelde dolfijnen. Vanwege het grote voedselaanbod in de zee voor de kust van Galicië trekt dit gebied normaal gesproken veel walvissen, dolfijnen en zeevogels aan. Niet alleen deze opvallende dieren hebben te lijden van de olie. Ook andere organismen als vissen, kreeftachtigen en schelpdieren die met de olie in aanraking komen leggen het loodje.
  • Visserij: De visserij voor de kust van Galicië werd geheel platgelegd. Voor de kustgemeentes zal dit grote sociaal economische gevolgen hebben. Meer dan 60% van de mensen is afhankelijk van de visserij. De mosselkwekers zijn bezig zoveel mogelijk mossels binnen te halen van de percelen in de zeearmen. Hierdoor keldert echter wel de prijs van de mossels. De vissers houden er rekening mee dat het wel 6 maanden kan duren voordat ze weer kunnen vissen. De Spaanse overheid heeft compensatie beloofd.

Wie is aansprakelijk?
Volgens het internationale verdrag ‘Civil Liability Convention’ (CLC) uit 1996 zijn eigenaren van olietankers aansprakelijk voor de schade die aangericht wordt door lekkende olie. Er zit echter wel een maximum van 90 miljoen euro gesteld aan de claim. Omdat de ‘Prestige’ een middelgrote tanker was, kunnen Spanje en Portugal ‘slechts’ 45 miljoen euro op de eigenaar verhalen. Waarschijnlijk wordt dit bedrag gedekt door de (verplichte) verzekering. De eigenaar, de Griekse rederij Mare Shipping Incorporated, voelt de schade dus waarschijnlijk niet in eigen portemonnee.

streep_verloop

CambadosCambados

inwoners: 13.554
qoute-brownCambados, een pitoresk plaatsje gelegen aan de Ria de Arousa, heeft veel Portugese invloeden. In het oude centrum is een mooi plein, de Praza de Fefiñáns, dat aan twee kanten wordt ingesloten door de gevels van het met beelden versierde Pazo (Galicische naam voor adellijk geboortehuis) Fefiñáns. Het is een 18e eeuwse gebouw, waarin één van de oudste wijnhuizen van de stad is gevestigd, en hoe vreemd ook pas sinds 2012 een Nationaal Monument. Er tegenover staat de Iglesia de San Benito, een romaanse kerk uit de 15e eeuw. Er is ook een Parador Nacional in Cambados (zelf nooit geslapen), gevestigd in het 17e eeuwse Pazo de Bazán. Een ander bijzondere bezienswaardigheid is de ruïne van de Iglesia Santa María de Dozo. Op de plek waar eens een 12e eeuwse kapel stond liet Lope Sanchez een kerk bouwen in de 15e eeuw. Door politieke en religieuze redenen was het een leegstande kerk geworden. Het is nooit afgebroken, maar het schip, van wat eens een gesloten was, wordt nu als begraafplaats gebruikt.
spanjemijnland | Cambados

foto: Lmbuga

Cambados staat bij de wijnliefhebbers bekend om zijn witte wijn, gemaakt van de Albariñodruif en wordt daarom ook wel de wijnhoofdstad van de Albariño genoemd. Er zijn in de stad een aantal musea, maar uiteraard vind je hier ook een tweetal wijnmusea, het Museo das Rutas do Vino en het Museo Etnografico e do Vino.

streep_verloop

CedeiraCedeira

inwoners: 7.246
qoute-brownCedeira is volgens de Spaanse krant ABC het op twee na mooiste dorp van Spanje. En eerlijk is eerlijk, het is mooi. Als je de stad vanuit het zuiden nadert via de AC-566 is de ligging aan de baai al geweldig om te zien. Het Magdalena strand is maar liefst 1400 meter lang en is gemiddeld 35 meter breed, zand genoeg dus. De stad zelf heeft gezellige kleine straatjes en een aantal mooie bezienswaardigheden. Zo is er het Castillo de la Concepción, een verdedigingswerk uit 1747 en het kerkje Santísima Virgen del Mar uit de 15e eeuw. De Capela San Antonio de Corveiro is zo’n kerkje waardoor je meteen aan de zee moet denken. Het is gebouwd in de 17e eeuw, wit van buiten met rode dakpannen.
De bekende pelgrimskerk Santo André de Teixido is totaal anders van aanzicht, gemetseld natuursteen met donkergrijs leistenen dak. Deze kerk is gebouwd in de 16e eeuw, maar de klokketoren is uit de 18e eeuw. Voor deze kerk moet je wel een kleine 10 kilometer rijden.
cedeira
Wat ons vooral verbaasde zijn de lege stranden, terwijl je aan de kust over de koppen kunt lopen

streep_verloop

Combarrocombarro

inwoners: 1.668
qoute-brownCombarro, een dorpje dat sinds 1972 onder monumentenzorg staat, ligt aan de noordelijke oever van de Ria de Pontevreda. De trappen leiden naar het water, waar netten te drogen hangen en kleurige bootjes liggen afgemeerd. Je waant je hier in het verleden, in wat velen zeggen; het mooiste vissersdorpje van Galicië.
spanjemijnland | Combarro
Overal in het dorpje zie je de horréos, de Galische graanhuisjes, hoog op de stenen palen staan. Aan de onderkant van het huisjes zitten grote stenen schijven, dit moet het graan beschermen tegen het omhoog klimmend ongedierte. De reden dat ze in Combarro zo dicht bij de zee staan is omdat ze hier ook werden gebruikt om de vis te drogen. Er staan wel zestig van deze horréos in Combarro en op zowat elke staat wel een kruis, deze diende om de boze geesten tegen te houden.
spanjemijnland | Horréos in Combarro
In het dorpje staat ook nog de Iglesia de San Roque, een klein barok parochiekerkje uit de 18e eeuw met een mooi houten plafond en een kleurrijk altaar. Van oorsprong was de kerk gewijd aan San Sebastian, maar na een aantal plagen werd er besloten van heilige te veranderen en kreeg de kerk San Roque als beschermheilige. Deze, van oorsprong Franse, heilige gaf op 20-jarige leeftijd alles wat hij bezat aan de armen en ging als pelgrim naar Rome. Hij verzorgde veel mensen die door de pest waren getroffen, maar uiteindelijk werd hij ook ziek en ging hij naar een rustige plek om te sterven. Een hond vond hem daar, likte zijn wonden en bracht hem iedere dag een stuk brood. Dankzij de hond overleefde hij de pest. Uiteraard vind je bij de ingang van de kerk een liggende hond.

streep_verloop
spanjemijnland | omgeving Cariño - Galicië

De prachtige omgeving van Cariño, met Faro de Cabo Ortegal op één van de uiterste puntjes van Galicië.

streep_verloop

FerrolFerrol

inwoners: 71.232
qoute-brownFerrol is een echte kuststad, met een grote haven, kades, scheepswerven, stranden, en een aantal van de beste restaurants met vis en zeevruchten ter wereld. Ferrol is één van de belangrijkste marinehavens van Spanje en was ooit de thuishaven van de beroemde Armada, dus een scheepvaartmuseum zou niet mogen ontbreken. De twee kastelen, San Felipe en da Palma, aan de monding van de rivier maakten Ferrol een bijna ongrijpbare vesting.

spanjemijnland | haven van Ferrol
Uitzicht, vanuit de kamer van de Parador, op de marinehaven van Ferrol

Vlakbij de haven en de Parador staat de Igrexa Castrense de San Francisco, een neoclassistische kerk gebouwd in 1757 op de plek waar eredr een klooster stond uit de 14e eeuw. Meer in het centrum ligt het mooie Teatro Jofre dat bekend staat om zijn akoestiek, geopend in 1892 en een voorbeeld van de theaterarchitectuur rond die tijd in Spanje. Er vlakbij ligt de Catedral de San Xiao, de kathedraal van Ferrol. De San Xulián is een neoklassieke kerk uit het midden van de 20e eeuw.

francoFerrol was ook de geboorteplaats van Franco, een hoofdrolspeler van de Spanse Burgeroorlog van 1936 – 1939.
Het resultaat van de burgeroorlog was dat de ‘Tweede Spaanse Republiek’ werd vernietigd. Ook met de democratie in Spanje was het voorlopig gedaan. Spanje werd in 1939 een soort militaire dictatuur, onder leiding van generaal Franco. Franco liet zich Caudillo’ (leider) van Spanje noemen. Francisco Franco Bhamonde werd geboren in de kustplaats El Ferrol in Galicia op 4 december 1892. Hij werd geboren in een familie van beroepsmilitairen. Hij wilde eerst dienst nemen bij de marine, maar zag zich gedwongen tot het leger toe te treden. Als 14-jarige kwam hij bij de Militaire Academie van Toledo, waar hij drie jaar later afstudeerde als tweede luitenant. Franco nam vrijwillig dienst in de koloniale oorlog in Spaans Marokko. Hij maakte daar snel carriere als een punktuele en talentvolle officier die uitmuntte in het leiden van Marokkaanse troepen in Spaanse dienst. Hij stond bekend als een uitermate nuchtere en sobere persoonlijkheid. Hij maakte snel carriere als uitgesproken uitblinker en werd in 1920 de plaatsvervangend commandant van het Spaanse Vreemdelingenlegioen, en kreeg de algehele leiding in 1923. Hij huwde in dat jaar Carmen Polo. Hij onderwierp de Marokkaanse opstandelingen, werd brigadier-generaal en in 1928 rector van de Militaire Academie van Saragossa (Zaragoza). Die Tweede Spaanse Republiek was opgericht in 1931. Het ging er ronduit slecht. Door de crisis verscherpten de toch al grote tegenstellingen in het land. Er waren politieke moorden en stakingen. Een deel van het volk keerde zich met geweld tegen de oude ‘heilige katholieke orde’ van Spanje – tegen het Spanje van grootgrondbezit, adel, hogere geestelijkheid en iedereen die daarbij hoorde. Vanaf begin 1936 werd Spanje geregeerd door een democratisch gekozen Volksfront van socialisten en communisten. Dat wekte nog extra afschuw en angst bij de ‘behoudende’ Spanjaarden. In juli 1936 greep generaal Franco de macht in Spaans-Marokko. Vervolgens stak hij met zijn leger over naar Spanje; met deze actie begon de Spaanse Burgeroorlog. Aan Franco’s kant schaarden zich een aantal generaals, met een deel van het Spaanse leger. Verdere medestrijders van Franco waren de Falangisten (fascisten in Spaanse stijl), de Carlisten (fanatieke katholieke ‘traditionalisten’) en nog meer rechtse groeperingen. Franco’s doel was een ‘herboren’ Spanje, dat ‘gezuiverd’ zou zijn van allerlei goddelozen, zoals communisten, socialisten, liberalen, anarchisten. Het anarchisme was in Spanje een politieke en sociale beweging van niet geringe omvang. Fascistisch Italië en Nazi-Duitsland boden Franco militaire steun. Amerika voorzag hem van olie – handel is handel. De Republiek ontving alleen (halfhartige) steun van de Sovjet-Unie. Helaas moest de Republiek daarbij Russische inmenging op de koop toenemen. De Russische geheime politie zette de politieke zuiveringen die in de Sovjet-Unie bezig waren voort in Spanje. Van de idealistische Volksfront-gedachte bleef niets over. Gedreven door het ideaal van linkse solidariteit waren vanaf het najaar van 1936 tienduizenden vrijwilligers uit Europa, de Verenigde Staten en Canada naar Spanje gekomen. Zij wilden de Republiek te hulp snellen, en meevechten tegen het Franco-fascisme. Bij deze antifascistische ‘Internationale Brigades’ waren ook honderden Nederlanders. De naar Nederland terugkerende Spanje-gangers (strijders en medische hulpverleners) merkten dat ze hun Nederlanderschap kwijt waren, omdat ze ‘in vreemde krijgsdienst waren getreden’. Niettemin namen vele oud-Spanjestrijders in 1940-1945 deel aan het verzet. De antifascisten van 1936-1937 zagen in de Spaanse Burgeroorlog een strijd tussen antifascisme en fascisme. Later werd de burgeroorlog wel de generale repetitie voor de Tweede Wereldoorlog genoemd. Maar het was vooral een Spaans conflict, van grote ingewikkeldheid. Verscheidene schrijvers en journalisten hebben indertijd Spanje bezocht om verslag te doen van de burgeroorlog. Onder hen was ook de Nederlandse hispanoloog dr. Johan Brouwer (1898-1943; gefusilleerd vanwege zijn rol in de aanslag op het Amsterdamse bevolkingsregister). Meer dan anderen toonde Brouwer oog te hebben voor de ingewikkelde Spaanse werkelijkheid. Zelf sympathiseerde hij aanvankelijk met de opstand van Franco. Later verschoof zijn sympathie naar de republikeinse zaak. Spanje was in de burgeroorlog verwoest. Franco hield zich in de Tweede Wereldoorlog min of meer neutraal, afzijdig. Na 1945 kon Franco-Spanje maar met moeite zijn internationale isolement verbreken. Het bleef toch een land met een fascistische dictator.

bron: www.verzetsmuseum.org

hotel_button2004: Parador Ferrol

streep_verloop

Fisterra (Finisterre)Fisterra

inwoners: 4.907
spanjemijnland | wegwijzer Caminoqoute-brownHet dorpje Fisterra, een klein vissersdorpje, had waarschijnlijk niet in de boeken gestaan als het niet op het pad van de Camino Santiago de Compostela had gelegen. Het heeft een oud kerkje, de Iglesia de Nosa Señora das Areas uit het einde van de 12e eeuw. Er is een leuk haventje en het heeft zelfs een mooi strandje midden in het centrum, maar de meeste toeristen komen hier eigenlijk alleen om de Cabo Finisterra te bezoeken.
De naam Cabo Finisterra is afgeleid van het Latijnse Finis Terrae, het einde van de wereld, wat het kreeg van de Romeinen. Het stelt eigenlijk niet zoveel voor, een paar rotsblokken op het puntje van een schiereiland, harde wind, een vuurtoren, een groot kruis, een restaurant en dat heb je het allemaal wel genoemd, maar toch………
finisterra-schoenZoals gezegd voor de Romeinen was dit het einde van de wereld en totdat Columbus Amerika ontdekte waren ook wij ervan overtuigd dat het daar toch echt ophield. In de Keltische cultuur was dit Ara Solis, een plek om de zon te aanbidden, een altaar voor de zon. In de Christelijke cultuur was dit de plek waar Jezus de apostel Jacob naar toe zou hebben gestuurd, om van daaruit het geloof te verkondigen.
Hier staat het routebordje van de Camino Santiago de Compostela met het cijfer 0,0 km, het oude middeleeuwse eindpunt en doel van de pelgrims. Ondanks dat veel wandelaars de kathedraal van Santiago de Compostela als eindpunt zien, zie je de laatste jaren steeds meer pelgrims het laatste extra stuk(je) van ca. 90 kilometer doen. De pelgrims die wel doorlopen naar dit punt verbranden hier op deze plek vaak symbolisch hun kleren, heb ik zelf niet gezien, maar schoenen zeker. Het stenen kruis Cruz da Costa da Morta is samen met het vergezicht (met uiteraard de pelgrim) het meest gefotografeerde object. Toch een beetje een mytische plek, mede omdat in de buurt dolmen zijn, waarvan men zegt dat er vroeger rituelen werden uitgevoerd om de vruchtbaarheid van vrouwen te bevorderen.

 

streep_verloop

LugoLugo

inwoners: 98.761
qoute-brownToen wij in 2009 voor de tweede keer Lugo aandeden hadden we het idee dat de gehele stad in de steigers stond. Overal bouwkranen en steigers en bouwactiviteiten om oude monumenten te herstellen. Niet negatief bedoeld, want dat betekent dat de stad nog mooier gaat worden in de loop der jaren.
Wat het eerste opvalt als je de oude binnenstad nadert is de inmense Romeinse muur die nog volledig intact is. Hij werd in het laatste deel van de 3e eeuw gebouwd om de Romeinse stad Lucus Augusti te verdedigen. Al in 15 voor Christus, ten tijde van keizer Augustus, werd de stad gesticht door Fabius Maximus Paulo. Dit alles had te maken met de goudmijnen in Gallicië. Van de muur zijn alleen een paar torens zijn er in de loop der jaren verdwenen, van de oorspronkelijke 85 zijn er 71 overgebleven. Heel erg leuk om een wandeling te maken, want op de bovenkant van de muur is een mooi wandelpad aangelegd. Je loopt meer dan 2 kilometer op een hoogte van ongeveer 10 meter over een 4 tot 5 meter brede muur. De bewoners naast de muur missen wel hun privacy, maar voor de wandelaar een unieke ervaring met een prachtig uitzicht over de straten en pleintjes. Nergens in Spanje is het Romeinse erfgoed zo nadrukkelijk aanwezig als in Lugo. Uit dezelfde periode is er een badhuis met thermale baden en een Romeinse brug.
lugo
Maar naast de Romeinse overblijfselen heeft Lugo nog meer te bieden. De kerk van San Pedro, die vroeger deel uitmaakte van het 13e eeuwse klooster van San Francisco. De kathedraal van Santa Maria is gebouwd tussen 1129 en 1273 in Romaanse stijl. Pas in 2015 werd het uitgeroepen tot werelderfgoed van de UNESCO. Hij werd in de latere geschiedenis met regelmaat verbouwd en dat heeft ervoor gezord dat de kathedraal nu veel verschillende bouwstijlen heeft. Ook leuk om te bezoeken is de de Iglesia de San Francisco, gebouwd in de 16e eeuw, met mooie gebeeldhouwde kloostergalerijen. Barok uit de 18e eeuw vind je in de gevels van het bisschoppelijk paleis en de gevel van het gemeentehuis. Dit alles ligt bij het Praza Mayor, een gezellig plein met veel terrasjes en eetgelegenheden.

hotel_button2009: Hotel Pazo de Orban

streep_verloop

Meira

meira

inwoners: 1.769
qoute-brownHet meest belangrijkste monument van Meira is de prachtige kerk van Santa Maria. Het is het enig overgebleven gebouw van het oorspronkelijke Monasterio de Santa Maria de Meira, dat in 1143 werd gesticht door de graven van Sarria. Het was een gift van Alfonso VII dat het mogelijk maakte dat dit klooster tussen 1151 en 1154 werd gebouwd. Het is één van de belangrijkste Cisterciënzer romaanse kerken in Galicië en van 1590 tot 1835 de universiteit van de filosofie geweest. Tijdens de Onafhankelijksoorlog krijgt het de functie van ziekenhuis en zoals zoveel kloosters in Spanje viel ook dit gebouw ten prooi aan de plunderingen van de troepen van Napoleon. Zo rond 1835 vertrokken de monniken en verviel het gebouw in een zeer slechte staat. In 1931 werd het klooster uitgeroepen tot Nationaal Monument.
meira-klooster2

streep_verloop

MondoñedoMondonedo

inwoners: 4.074
mondonedo-pelgrimspanjemijnland | wegwijzer Caminoqoute-brownMondoñedo is één van de meest betoverende oude hoofdsteden van het voormalige Koninkrijk van Galicië. Het ligt is een vallei met uitzicht over de Golf van Biskaje. Mondoñedo bestond al ten tijde van de Romeinen, maar werd pas echt belangrijk toen het in 1117  een bisschopszetel werd. Zo belangrijk dat koning Alfonso VII het in 1157 haar stadsrechten gaf. In 1219, een eeuw nadat het bisschopszetel werd en in de tijd van bisschop Martin, is men begonnen met de bouw van de kathedraal van Mondoñedo. Na amper 33 jaar bouwen, in 1242, werd de kerk al ingewijd.
De kathedraal is een nationaal monument, met nog de oorspronkelijke Romaanse gevel, een prachtig roosvenster en barokke torens. Het interieur herbergt elkaar overlappende stijlen, met een kruisgewelf ondersteund door spitsbogen, muurschilderingen uit de 15e en 16e eeuw en het barok retabel van het hoofdaltaar. Het kerkmuseum biedt wellicht de belangrijkste verzameling sacrale kunst van Galicië.
Het bisschoppelijk paleis is weliswaar gebouwd in dezelfde periode als de kathedraal, maar een brand in 1527 zorgt ervoor dat het meeste we nu kunnen bewonderen 17e eeuws is. De stad had een belangrijke functie en was vanaf de 14e eeuw omsingeld door een verdedigingsmuur. Het moest in de middeleeuwen niet alleen de vijand buiten de poorten houden, maar ook de gevreesde pest en uiteraard moest er belasting worden betaald bij de stadspoort. Het grootste gedeelte is helaas gesloopt in het midden van de 19e eeuw, maar hier en daar staat nog een klein stukje overeind.

Mondoñedo ligt op de route del Norte van de Camino Santiago Compostela en je zult bij de kathedraal ook menig pelgrim zien lopen. Hier vandaan vertrekken ze weer naar de volgende halte, het ongeveer 17 kilometer verderop gelegen Abadin, ……… nog 141 kilometer te gaan.
streep_verloop

Monfero

MONASTERIO DE SANTA MARIA DE MONFERO
qoute-brownHet Fragas do Eume is een natuurpark in het noord-westen van Galicië, het omvat de dorpen Pontedeume, Cabanas, A Capela, Monfero, Pontedeume en As Pontes de García Rodríguez. In 2012 woedde hier een grote brand, na 3 dagen blussen bleek er meer dan 1000 hectare te zijn verwoest.
spanjemijnland | Monasterio de Santa María de MonferoIn het park ligt Monasterio de Santa María de Monfero, een klooster gesticht door San Rosendo in de 10e eeuw, maar het als snel vernietigd door een Normandische invasie. Het werd in 1114 weer opgebouwd door Alfonso Bermudez kreeg veel steun van koning Alfonso VII, een waar sponsor en promoter van de Cisterciënzer Orde in Spanje. Van het klooster blijft niet veel over tijdens het verval in de 19e eeuw en raakt, zoals vele kloosters in Europa, zijn machtige positie kwijt. De enorme barokke kerk die is veel later gebouwd, zo rond 1656, ter vervanging van het 12e eeuwse romaanse kerkje. Hij valt vooral op door de voorgevel, met z’n vreemde zwart/wit blokken, gemaakt van graniet en leisteen. Ook vreemd dat er maar één van de twee torens is geplaatst en dat geeft je weer het gevoel dat hij eigenlijk nooit af is geweest.
Binnen in de kerk zijn een aantal graven te bewonderen, zoals het 15e eeuwse graf van Nuno Freire de Andrade en zijn zoon Pedro.
Het klooster, uitgeroepen in 1941 tot Nationaal Monument, lag er verlaten en in slechte staat bij toen wij het in 2004 bezochten. Er gingen stemmen op om het te verbouwen tot een luxe hotel, maar de econimische crisis heeft dit weten tegen te houden.

streep_verloop

Monforte de LemosMonforte_de_Lemos

inwoners: 19.426
qoute-brownHet sfeervolle middeleeuwse vestingstadje Monforte de Lemos, ligt schilderachtig aan de rivier de Cabe en aan de voet van het kasteel van de graaf van Lemos. Hier zijn vele interessante monumenten te bezichtigen, waaronder het indrukwekkende gebouw van El Cardenal (16e eeuw), ook wel het ‘klein Escorial’ genoemd vanwege de gelijkenis met het bekende bouwwerk in de omgeving van Madrid. In het gebouw is een klein museum met onder andere twee schilderijen van de bekende schilder El Greco. Het kasteel met aangrenzend paleis en klooster van de graaf van Lemos, ligt mooi boven op een heuvel in het centrum van de stad. De graven van Lemos waren in de middeleeuwen één van de machtigste adelijke families van Spanje. Het meest bekend was Don Pedro Fernandez de Castro, die zelfs onderkoning van Napels (1610-1616) was. Monforte had vroeger een behoorlijk aantal Joodse inwoners met een synagoge en ritueel badhuizen. De gemeenschap was één van de grootste in Galicië tot de verdrijving van de Joden in Spanje 1492. Het waren voornamelijk handelaren in zijde, lakens en zilverwerk met de Gaibores als een van de belangrijkste families. 
Een ander veel bezocht monument is de Ponte Vella, een van oorsprong Romeinse brug over de Rio Cabe, maar in de 16e eeuw gerenoveerd door bouwmeester Pedro Rodriguez Remberde.
parador-monforte
Van het voormalige Benedictijnse klooster uit de 16e eeuw, San Vicente del Pino, heeft men een Parador gemaakt die bovenaan ons lijstje van favorieten staat. In 2004 waren wij namelijk één van de eerste bezoekers van deze parador, zo mooi dat we in 2005 het niet konden laten hier weer een aantal dagen te verblijven. Schitterend gerenoveerd, onder architectuur aangekleed en met prachtige ruime kamers. Hier wordt de gast behandeld als een koning in Spanje. Een topper!

hotel_button2004: Parador Monforte de Lemos
2005: Parador Monforte de Lemos

streep_verloop

Nogueira de RamuinNogueira_de_Ramuin

inwoners: 2198
parador-estevo12004:
qoute-brownToen wij in 2004 het klooster Monasterio Ribas de Sil wilden bezoeken, werd al snel duidelijk dat dit niet kon. Het gehele gebouw stond in de stijgers, een grote bouwval. Na toestemming te hebben gekregen van de uitvoerder om wat foto’s te nemen, viel ons oog op een grote stapel met matrassen met het logo van de Paradores erop. Navraag bij de manager bleek dat het klooster was opgekocht en werd verbouwd tot een luxe parador. Toen al ter plekke besloten we om hier in 2005 gebruik van te maken en nogmaals de schitterende omgeving te gaan bekijken. In de Gergantas del Sil bestaat de mogelijkheid om een catamarantocht te ondernemen, iets wat we zeker gaan proberen.

 

parador-estevo22005:
qoute-brownOngelooflijk, wat kan er in een jaar veel veranderen. Van bouwplaats tot Parador Santo Estevo, een zeer luxe hotel.
Het monumentale Benedictijnse klooster dateert uit de 10e eeuw en is op een prachtige wijze omgebouwd tot een chique, uniek en luxueus hotel. Het klooster biedt historische elementen, zoals stenen bogen, gesneden kozijnen en 3 barokke, Romaanse en Renaissance kloostergangen. Sommige kamers hebben een prachtig uitzicht op de Gergantas del Sil, waar wij een mooie boottocht hebben gemaakt.

 

 

hotel_button2005: Parador Santo Estevo

 

San-Estevo-Do-Sil-station
Als je dan toch in de buurt bent, kopje koffie op het stationnetje van San Estevo Do Sil? Hier heeft de tijd echt stilgestaan.

streep_verloop

O CebreiroO_Cebreiro

inwoners: 146
spanjemijnland | wegwijzer Caminoqoute-brownWil je als toerist pelgrims tegenkomen die onderweg zijn naar Santiago de Compostela, heb je aantal plekken waar je ze gewoonweg niet kunt missen. O Cobreiro, een piepklein dorpje is zo’n gemeenschap waar de economie volledig draait op de wandelaars en fietsers, tenminste zo lijkt het wel. Het is het eerste pelgrimsdorpje wat je tegenkomt in Galicië in een loodzwaar stuk van de route en ligt op 1330 meter hoogte tussen de bergketens van O Courel en Os Ancares. Het telt een paar huisjes en natuurlijk een kerkje, de Santa Maria la Real. Het kerkje is de oudste heiligdom wat je onderweg tegenkomt naar Santiago de Compostela als je de Franse route volgt.
In het dorpje vind je nog 9 oude hutten, Palloza’s, waar men vroeger en hier nog steeds in woont. De ronde huisjes, opgetrokken uit zwerfkeien en met een rieten puntdak, zijn karakterestiek voor deze buurt en van pre-Romeinse oorsprong.
o-cebreiro
Al vanaf de stichting van het dorp in 863 is dit dorp een onderdak voor de pelgrims op weg naar Santiago de Compostela.  De legende vertelt dat in de 14e eeuw een priester in het kerkje de heilige mis leest. Buiten is het zeer slecht weer en er is dan ook maar één gelovige, een boer uit een nabijgelegen dorp, naar de kerk gekomen. De priester heeft meer het idee dat de boer aan het schuilen is voor het slechte weer dan dat hij daadwerkelijk voor de mis komt. Op het moment dat hij de boer de hostie en wijn wil geven verandert de hostie in vlees en de wijn in de kelk verandert in bloed. De priester schrikt hier zo van dat de corporale, de witte linnen doek waarop het brood en de wijn worden geplaatst, besmeurt raakt met bloed. Het wonder van de Graal van O Cobreiro is geboren. Jaren later komt de koning van Spanje tijdens zijn bedevaart in het dorpje en schenkt het dorpje een reliekschrijn en een nieuwe corporale. Tot op de dag van vandaag komt elk jaar de Spaanse koning een keer op bezoek in O Cebreiro. De hostie en de kelk zijn te zien in het wapen van Galicië.

streep_verloop

OrtigueiraOrtigueira

inwoners: 6.064
qoute-brownDe mooie Ria de Santa Maria de Ortigueira leidt naar de vissershaven van Ortigueira, een klein plaatsje met keurige witte huizen. Aan dit gedeelte van de kust liggen ook veel natuurlijke en vooral ongerepte witte stranden.
Het klooster van Santo Domingo, waarvan de bouw begon in 1302, is een van de meest representatieve gebouwen van de stad. In 1550 is het zowat helemaal afgebrand en wat je tegenwoordig ziet is dan ook uit de 18e eeuw. Het heeft in de loop der jaren vele functies gehad zoals een gevangenis, school, kazerne, maar tegenwoordig biedt het onderdak aan het stadhuis en het Teatro da Beneficencia (Theater van de Liefde). Het theater is  gebouwd in 1850, met bijdrages van de bevolking en heeft een bijzonder kleurrijk interieur. Ortigueira heeft ook nog een parochiekerk uit 1848, en een oude markt op het Plaza de Isabel II, gebouwd in 1917. Van het Castelo de Casón, een kasteel met uitzichttoren uit de middeleeuwen, zijn alleen nog wat ruïnes te bekijken. De reden dat op deze plek de wachttoren moest komen is onveranderd, het uitzicht is nog steeds prachtig.

ortigueira-festivalAls je in Galicië bent, wordt je vaak herinnert aan het Keltisch verleden. Elk feest in dorp of stad wordt overstemd door de doedelzakken. Maar nergens is het Keltische meer aanwezig dan tijdens het jaarlijkse festival van Ortiqueira. Op het festival komen zo’n 100.000 bezoekers uit Ierland, Bretangne, Wales, Schotland, maar ook uit de regio’s Asturië, Cantabrië en Galicië. Het muziekfestival duurt 4 dagen en is hiermee één van de grootste en meest belangrijkste van Europa.

streep_verloop

OurenseOurense

inwoners: 107.542
qoute-brownDe oorsprong van Ourense ligt bij de Romeinse brug over de Rio Miño, de Ponte Vella. Het was voor de Romeinen een belangrijke stad omdat het op het kruispunt lag van belangrijke wegen en misschien nog wel belangrijker, er waren hier -door de Romeinen zo geliefde- warmwaterbronnen aanwezig. De bekendste bronnen zijn Las Burgas, met een temperatuur van 64 tot 68° C, speciaal tegen huidziektes. Dat er goud werd gevonden in de Rio Miño zal tevens een reden zijn geweest om hier de Romeinse stad Auriense te stichtten.
Ourense
Zelf vind ik Ourense leuk om te bezoeken voor een dag, om meerdere dagen te verblijven is het net niet de moeite waard. Het met arcaden omgeven Plaza Mayor (Praza Maior) is een voormalig marktveld, maar heeft tegenwoordig veel terrasjes en is een prima uitgangspunt om de gezellige kleine straatjes van de oude binnenstad te verkennen. Op het plein ligt ook het raadhuis met een classicistische gevel en is bekroond met blazoen en klok. De kathedraal van Ourense ligt hier niet ver vandaan en is volledig ingeklemd door de huizen. De kerk is een mooi voorbeeld van de overgang van Romaanse naar Gotische architectuur. Het bouwwerk uit de tweede helft van de 12e eeuw heeft meerdere ingangen, maar de mooiste ligt aan de Praza de San Martino. Binnen zijn er prachtige koorstoelen gemaakt door Diego de Siloé, maar ook het hoofdaltaar is prachtig om te zien. Het Bischoppelijk Paleis, Pazo Episcopal, uit de 13e eeuw herbergt het Museo Arqueoloxico, met belangrijke vondsten uit de Romeinse en Suevische periode. De barokke gevel van Santa Eufemia staat naast een van de belangrijkste renaissance paleizen van Galicië, het paleis van Oca-Valladares.

streep_verloop

Puentedeume (Pontedeume)Pontedeume

inwoners: 8.213
qoute-brownPuentedeume (in het Gallego Pontedeume) is een kustplaats in de Rías Altas en ligt aan de monding van de Rio Eume, het is een van de meest toeristische plekjes in Galicië. Het ligt aan de Atlantische Oceaan en heeft een sterk verschil in eb en vloed. Bij laag water zie je mensen in de blubber tussen de stenen en keien zoeken naar schelpdieren.
In 1270 krijgt het zijn stadsrechten van koning Alfonso X en daarmee het recht van het houden van een maandelijkse markt. In de jaren daarop volgend waren het vooral de graven van Andrade die hier de scepter hebben gezwaait, in het nabij gelegen dorp Noguerosa staat hoog op de heuvel nog steeds hun kasteel. Fernan Perez de Andrade III, stichtte het klooster in het iets verderop gelegen Montefaro, vervangt de houten brug door een stenen brug, bouwt een kapel en het ziekenhuis van de Heilige Geest. Hij stierf in 1397 en ligt begraven in Betanzos. Eén van de opvolgers, Fernado Andrade, sticht in 1538 het klooster van St. Augustine en laat de kerk van Santiago de Pontedeume verbouwen. De stad heeft in de 16e- en 17e eeuw een behoorlijk aantal branden gehad dat veel van de mooie gebouwen heeft doen verdwijnen.
pontedeume
Ook op een heuvel staat de San Miguel de Breamo kerk, een kerk gebouwd in Galicische Romaanse stijl. Op het gezellige Plaza Real met zijn terrasjes staat het stadhuis, wat opnieuw gebouwd na een brand is gebouwd in 1609. Voor een bezoek aan het strand moet je de brug, maar is de wandeling zeker waard.

streep_verloop

PontevedraPontevedra

inwoners: 82.934
qoute-brownPontevedra was in de middeleeuwen zee drukke welvarende havenplaats en dat is nog steeds te zien. Er wordt verteld dat de stad al bestond in 1200 voor Christius en gesticht is dooe een van de helden uit de Trojaanse oorlog, Teukros. Meer bewijsmateriaal is er voor de bewoning van de Romeinen die de stad Turocqua noemden, de oude brug.
Ferdinand II van León gaf in de 12e eeuw de stad handelsrechten, waardoor Pontevedra een een bloeiperiode meemaakte. Er werden meerdere bruggen en wegen aangelegd. De volgende driehonderd jaar bleef de stad groeien. Hendrik IV van Castilië gaf Pontevedra het recht tot het houden van een markt die 30 dagen mocht duren. Deze werd gehouden op het Plaza de la Herrería. De inwoners van Pontevedra zijn er zeker van dat het eerste schip van Columbus, de Santa Maria, hier in de havens is gebouwd.
pontevedra
pontevedra2

De stad groeide door tot aan het einde van de 16e eeuw en werd een van de belangrijkste steden van Galicië, maar door de constante oorlogsdreiging met de Britten, Portugal en de Nederlanden kwam er in de 17e eeuw een stop aan de groei van de stad. Net als in de rest van Europa zorgde de pest voor een teruglopend aantal inwoners. In 1833 werd Galicië in vier provincies verdeeld en werd Pontevedra de hoofdstad van de gelijknamige provincie.

Hoewel de poort en de muur verdwenen, is in het historisch centrum de oude pracht goed bewaard gebleven, veel monumentale kerkelijke gebouwen, galerijen, pazo’s, herenhuizen en pleintjes, heel veel pleintjes. s’ Avonds is het een drukte van belang en is het moeilijk een plekje te krijgen op één van de vele terrasjes. Plaza da Pedreira, Plaza da Verdura, Plaza de Méndez Núñez, Plaza do Teucro en Cinco Calles met een mooi stenen kruis, om uit te komen bij pazo Casa do Barón, nu hotel-Parador de Turismo, ons overnachtingshotel.

Het meest gefotografeert in Pontevreda is ongetwijfeld de Capela da Peregrina. Het is gebouwd in 1778 door de Portugese architect Antonio Souto en draagt de naam van de beschermheilige van de stad. In het bovenste gedeelte zijn er beelden van Santiago, San Roque en de Peregrina, allen gekleed als pelgrims, beschermers van de gelovigen die naar Santiago reisde via de Portugese route. Maar ook het Convento de San Francisco is een bezoek zeker waard. Het Franciscaner klooster werd in de 14e eeuw gebouwd en de bijhorende kerk is al sinds 1896 een Historisch Monument.

Het Klooster van Santo Domingo herbergt tegenwoordig een museum met Galissche kunst. De Basiliek Santa Maria de la Mayor dateerd uit de 16e eeuw en er zit nog een Nederlands tintje aan. De façade is gemaakt door Cornelis de Hollanda.

 

hotel_button2005: Parador Pontevedra

streep_verloop

PortomarinPortomarin

inwoners: 1.654
spanjemijnland | wegwijzer Caminoqoute-brownHet stadje Portomarin heeft zijn bestaansrecht aan twee oorzaken te danken. De oude Romeinse brug over de Minho en het feit dat het op de route ligt naar Santiago de Compostela. Een stijl omhoog lopende trap doet de toch al vermoeide pelgrim zijn spieren nog meer pijnigen. Het fijne is wel dat er in het dorp een speciaal pelgrimshospitaal aanwezig is. De paar keer dat wij in Portomarin zijn geweest, was het er altijd druk.

Het oude kerkje van San Pedro dateert uit de 10e eeuw en ligt vlakbij de oude paleizen van de Berbetoros familie en de Markies van Paredes. De meteen in het oog springende San Nicolás lijkt meer op een burcht dan op een kerk. Ze werd in opdracht van de Orde van Malta gebouwd tussen het einde van de 12e eeuw en het begin van de 13e eeuw ter bescherming van de pelgrims en het bestrijden van de Moren. De kerk is één van de belangrijkste romaanse gebouwen van Galicië. Ze heeft vier torens die een defensieve functie hebben. Boven het portaal bevindt zich een indrukwekkend roosvenster, met daarboven kantelen. Als je in de kerk binnen bent kijk dan eens of je de cijfers op de stenen kunt vinden. Deze zijn erop gezet om de kerk steen voor steen weer op te bouwen. Waar we ons nu bevinden is namelijk niet de plek waar Portomarin is ontstaan. Op de plek waar nu het stuwmeer van Belesar is lag vroeger het stadje. In 1962 werd het gehele dorp in verband met de aanleg van het stuwmeer verplaatst. Als je over de brug naar Portomarin rijd, kun je met laag water nog restanten zien van het oude dorp zien.

portomarin

Als niet-pelgrim deed mij het beklimmen van deze trap al zeer…….

streep_verloop

Porto do BarqueiroO_Vicedo

inwoners: 547
qoute-brownPorto de Barqueiro ligt in het uiterste puntje van Noord-Spanje. Het ligt aan de uitmonding van de Rio Sor, die hier uitkomt in het laatste stukje van de Golf van Biskaje. Op zichzelf er weinig te vertellen over dit dorpje, maar het is een prima lokatie voor een kopje koffie. Dat het de bijnaam ‘Cudillero van Galicië’ heeft, vind ik wat overdreven. Maar zoals gezegd, een prima lokatie voor een terrasje an het leuke haventje.

porto-barqueiro

streep_verloop

RibadeoRibadeo

inwoners: 9.994
ribadeoqoute-brownRibadeo ligt aan de riviermonding Ría del Eo, wat gedeeltelijk een natuurreservaat is. Een stad die altijd veel met de scheepvaart te maken heeft gehad, nog goed te zien aan de vele oude rederijen en scheepswerven. De brug Puente de Todos los Santos, die de pelgrimsroute naar Santiago via het noorden verkort en Galicië met Asturië verbindt, is het punt waar de zeevaarders worden ingehaald en uitgezwaaid. Vroeger vertrokken hier de emigranten, de Indianos, naar Amerika om later goederen en rijkdom mee terug te nemen naar Galicië.De stad werd oorspronkelijk gevormd rond de havens van Porcillan en Cabanela langs de oevers van de rivier. De haven van Porcillan dateert uit de Romeinse tijd. In 1183 gaf koning Fernando II toestemming voor het houden van een wekelijkse markt, hetgeen van groot belang is geweest voor Ribadeo. Er werden twee kloosters gebouwd, die van San Francisco en van Santa Clara. In de 15e eeuw komt Ribadeo in handen van Pierre de Vaillaines, die de bijnaam ‘Villaine de Stotteraar’ had. Hij kreeg Ribadeo in ruil voor zijn diensten aan Hendrik II. Zijn familie zal tot aan de 19e eeuw het bezit hebben over de stad. De moeite waard om te bezoeken zijn de ruïnes van het Castillo de San Damián, een fort aan de monding van de rivier, en de brug Puente dos Santo, al was het alleen al om het uitzicht.
Het Playa de las Catedrales, wat op 10 kilometer westelijk van Ribadeo ligt, is een natuurmonument. Wind en water hebben in de loop der jaren het gesteente van de klippen zodanig uitgesleten, dat het met een beetje fantasie op een kathedraal lijkt. Het is in 2013 uitgeroepen tot één van de mooiste stranden van de wereld(!). De rotsformaties zijn werkelijk schitterend, niet je fotocamera vergeten mee te nemen. Bij laag water kun je met een trap naar beneden en de sommige 32 meter hoge formaties vanaf het strand bekijken.

hotel_button2008: Hotel Bouza

 

streep_verloop

Santiago de CompostelaSantiago_de_Compostela

inwoners: 96.041

qoute-brownVolgens de legende zou het graf van de apostel Jakobus, één van de discipelen van Jezus, zich hier bevinden. Zijn stoffelijk overschot zou, nadat hij in Palestina was onthoofd, in een stenen boot zijn gelegd waarin twee van zijn discipelen meereisden. De boot bereikte vanzelf de Galicische kust, waarna het dode lichaam werd begraven in de berg Libredón.
In 813 vond de monnik Pelayo in het Spaanse Galicië, op aanwijzing van een ster, het graf terug van de heilige Jakobus. De plaatselijke bisschop Theodimir bracht koning Alfonso II op de hoogte van zijn ontdekking. De koning gaf meteen opdracht boven het ontdekte graf een kleine kapel te bouwen van 4 bij 6 meter, wat uitgroeide tot de latere kathedraal van Santiago de Compostela. Santiago de Compostella is al honderden jaren één van de belangrijkste christelijke bedevaartsoorden. Pelgrims uit heel Europa eindigen hier hun voettocht. Deze voettocht noemt men de Camino de Santiago. De pelgrims op weg naar Santiago zijn herkenbaar aan de sint-jakobsschelp, het teken van de heilige Jakob.
santiago-kathedraal
Het centrum van de stad is de Plaza del Obradoiro. Hier ligt het eindoel, de kathedraal. Het werd in 1077 onder Alfonso VI van Castilië gebouwd op de resten van een eerdere kerk uit 800. Bij binnenkomst moet de pelgrim de dubbele facade door en zijn hoofd laten rusten op het Gloria Portaal, de Romaanse toegangspoort. Eénmaal binnen gaat de pelgrim uiteraard naar de graftombe van Sint Jakobus dat zich onder het hoofdaltaar bevind. Om Jakobus te eren betreden de pelgrims een trap achter het hoofdaltaar om de zoom van de mantel te kunnen kussen. Tijdens de hoogtijdagen wordt er een groot wierookvat door de kerk gezwaaid. De Botafumeiro is een circa 1,60 meter groot, 80 kilo zwaar en gemaakt door de goudsmid José Losada in 1851.
santiago-parador-slaapkamerMaar de kathedraal is maar één van de vele prachtige gebouwen. Op hetzelfde plein staat Hostal de los Reyes Católicos, waarvan men zegt dat dit het oudste hotel ter wereld is. Het hostal(?) werd gebouwd naar aanleiding van het bezoek aan Santiago de Compostela van koning Ferdinand en koningin Isabella in 1486, met in eerste instantie de functie als ziekenhuis voor de pelgrims. Je kunt er nog steeds slapen, het is nu een super de luxe Parador. Uit ervaring sprekende, zeer duur, maar apart en heel mooi. Aan de ander kant van het plein ligt het paleis van Rajoy, gebouwd door aartsbisschop Rajoy y Losada, tegenwoordig het stadhuis en de Presidencia de la Xunta de Galicia. Weer aan een andere zijde staat het Romaanse Palacio de Gelmirez, genoemd naar de bisschop die het in de 12e eeuw liet bouwen. Het Colegio San Jerónimo is tegenwoordig een onderdeel van de universiteit en werd in de 16e eeuw gesticht door aartsbisschop Alonso III de Fonseca, om onderdak te verlenen aan arme studenten. Het gebouw is in gotische stijl gebouwd maar de voorgevel is romaans en behoorde toe aan het hospitaal van Azabachería. Ook erg leuk te bezoeken is de markt van Abastos, deze kleurrijke markt is de meest belangrijke van de stad en ligt tussen de twee kerken van Santo Agostiño en San Fiz de Solovio. Hou je van barokke bouwstijl is Casa del Cabildo een must. Dit schitterende gebouw is uit de 18e eeuw en ontworpen door Clemente Fernández Sarela. Het ligt aan Plaze de Platerias, het plein van de zilversmeden, en is in 2011 geheel gerenoveerd.

hotel_button2002: Parador Santiago de Compostela
2011: Hotel Miradoiro de Belvís

streep_verloop

SarriaSarria

inwoners: 13.488
spanjemijnland | wegwijzer Caminoqoute-brownSarria is de laatste plek om in te stappen op de Camino Santiago de Compostela en toch genoeg stempels te verzamelen om het felbegeerde certificaat in ontvangst te mogen nemen. Het minimum te doen te voet of te paard is 100 kilometer en Sarria is 111 kilometer. En het zijn veel Spanjaarden zelf die hier aankomen per bus, trein of auto en vervolgens het laatste stuk lopen.

De stad kreeg zijn stadsrechten van Alfonso IX, die hier overleed tijdens zijn pelgrimage naar Santiago in 1230. Hij liep de Camino om Jakobus te bedanken voor zijn overwinning in Merida op de Moren. Dankzij de Camino heeft de stad een groot aantal kerkelijke gebouwen en militaire verdedigingswerken, zoals het kasteel, het klooster van Magdalena, de Iglesia Santa Marina en Iglesia El Salvador.

streep_verloop

Tui
Tui

inwoners: 16.827
Tuy of op z’n Galicisch Tui, is één van de oude hoofdsteden van Galicië en wordt door de Rio Miño gescheiden van Portugal. Aangezien de beide landen niet altijd vrienden zijn geweest heeft Tui, vanwege zijn strategische ligging, vaak in een spanningsveld gelegen. Veel eerder werd het al lastig gevallen door de Noormannen en later door onder andere de Engelsen. Het centrum ademt nog een middeleeuwse sfeer uit met zijn kleine straatjes, adelijke huizen en restanten van de oude 12e eeuwse stadsmuur.
tui-kathedraalHet had vroeger een behoorlijk grote Joodse gemeenschap met een eigen synagoge. De enige ooit geregistreerde Joodse slager in Galicië had zijn winkeltje in Tui. De Spaanse joden vormden trouwens ooit één van de grootste en meest welvarende Joodse gemeenschappen in de wereld. Deze periode eindigde definitief met het edict van Granada in 1492, vastgelegd door de Katholieke Koningen, Ferdinand II van Aragón en Isabella van Castilië. Alle Spaanse joden werden gedwongen zich tot het christendom te bekeren of simpelweg Spanje te verlaten. Velen gingen in ballingschap, bang om gedood te worden. De Castiliaanse moslims onderging hetzelfde lot in 1500, en een generatie later die van Aragón en Valencia.
Het meest opmerkelijke gebouw, en van veraf zichtbaar, is de Catedrale de Santa Maria, waarvan de bouw begin in 1120. Iets meer dan 100 jaar later wordt hij ten tijde van Alfonso IX ingewijd. Het lijkt met zijn kantelen en torens meer op een fort dan op een kerk, maar het heeft wel een prachtig portaal.
In 1756 wordt er een ziekenhuis gebouwd voor pelgrims. Het lag op de route naar Santiago de Compostela, de route bestaat nog steeds en wordt tegenwoordig de Portugese route genoemd. Het ziekenhuis herbergt tegenwoordig het Bischoppelijk en Historisch Museum.
Interessant om te bezoeken zijn verder de Iglesia de San Francisco, wat een onderdeel is van een Franciscaner kloostercomplex dat is gebouwd in 1682. Iglesia San Telmo is een kerkje met een prachtige gevel uit de 18e eeuw. Convento de las Clarisas, het klooster van de Arme Clarissen, is opgericht in 1524.

streep_verloop

Vilalba (Villalba)Vilalba

inwoners: 14.980
qoute-brownVilaba bestaat eigenlijk nog niet zo lang en dat heeft te maken met een brand in de 8e eeuw die het toenmalige dorp volledig verwoestte. In 1128 werd deze stad genoemd met de naam Vilarente Preserve, ten tijde van Don Rodrigo Velaz, graaf van Montenegro.
Toen wij hier in 2003 verbleven hebben we een aantal nachten geslapen in de Parador National die bestaat uit een toren met een bijgebouw. Deze indrukwekkende Galicische toren uit de 15e eeuw was de vroegere verblijfplaats van de hertogen van Vilalba, de heren van ‘Andrade’, en wordt gekenmerkt door dikke muren en donkerkleurig hout. Later werd naast de toren een nieuw gedeelte bijgebouwd in de stijl van een typisch Galicisch paleis.

Vilalba staat ook bekend vanwegen de kapoen. Een kapoen is een gecastreerde, vetgemeste haan. Zijn vlees is extra mals en sappig en heeft een uitgesproken geur. In maart en april komen in de schuren van Vilalba de nieuwe dieren uit het ei. Ze krijgen graan en kastanjes te eten tot ze in december een gewicht van minstens 1 kg bereikt hebben. Er zijn boeren die wijn of zelfs brandewijn (orujo) aan het voer toevoegen om de smaak van het vlees nog verder te verbeteren. Een andere beroemde lekkernij uit Vilalba is de Queso San Simón, een gerookte kaas gemaakt van koeienmelk in de vorm van een grote peer.

hotel_button2004: Parador Vilalba

 

streep_verloop

Vivero (Viveiro)Viveiro

inwoners: 16.016
qoute-brownViveiro is echt één van die stadjes aan de Cantabrische kust die vroeger een vooraanstaande positie als havenplaats innam. Het is al bewoond sinds de Keltische en Romeinse periode. Tijdens de Moorse invasie wordt de stad geheel vernietigd, maar hij werd weer snel heroverd door Don Pelayo, de eerste koning van het Koninkrijk Asturië. In het midden van de 9e eeuw wordt het maar liefst drie keer aangevallen door de Noormannen. In 1112 wordt het voor de naam van de stad voor de eerste keer genoemd in een officieel document van Magpie I van Leon, koningin van Leon en Castilië. Vanaf de 15e eeuw wordt het toenmalige dorp steeds belangrijker voor de handel in vlas, linnen, fruit en uiteraard vis. Het maakt een bloeiperiode door ondanks de onderlinge twisten tussen de adel en vazallen. Deze burgeroorlog staat bekend als de Guerra Irmandiña. In de 16e eeuw had de commerciële haven zijn hoogtepunt, maar door de diepgang van de schepen kwam daar in de 18e eeuw een eind aan.
viveiro
Er is helaas niet veel over van de grandeur en de renaissancearchitectuur van het verleden. De oude stad heeft nog enkele stukken middeleeuwse muur en er zijn nog drie poorten uit de roemrijke periode. De Porta de Carlos de V met trots het wapenschild van Karel V uit 1548 is de grootste, de brug over de Rio Lando (zie foto) ligt hier precies tegenover. De oudste kerk van de stad is de Santa Maria del Campo, een romaanse kerk uit (vermoedelijk) de 12e eeuw. De Iglesia San Fransisco is iets jonger en werd in de 14e eeuw gebouwd. Ook zie je in Viveiro veel galarias, de typische Galisiche balkons met ramen.
Viveiro is nu een populaire zomer-vakantieplaats. Gelegen aan de Ria de Viveiro heeft het een leuke haven met meer dan 200 ligplaatsen, maar liefst 6 stranden in de directe omgeving en uiteraard volop watersportmogelijkheden. Waar water is is vis, dus zijn er veel visrestaurantjes te vinden.
Wij dachten slim te zijn en deden bij de boeking van het hotel Orfeo het verzoek een kamer aan de voorkant, wij wilden namelijk graag uitzicht over de rivier. Bleek bij aankomst dat de voorkant de straatkant was en de rivierkant de achterkant. Voor het geld trouwens een prima hotel.

hotel_button2005: Hotel Orfeo

streep_verloop

 

 ->  terug naar de landkaart met de regio’s